23. Meer-uren (plus-uren) en minder-uren
Wanneer is er sprake van meer-uren (plus-uren)?
Als een werknemer meer heeft gewerkt dan het aantal overeengekomen uren, maar minder dan 1040 uur per 26 weken, worden deze uren beschouwd als reguliere werkuren. Na het einde van de periode van 26 weken worden deze meer-uren (plus-uren) uitbetaald met een toeslag van (tot 1 januari 2023) 17,6%, bestaande uit 8% vakantietoeslag en 9,6% in plaats van vakantiedagen. Vanaf 1 januari 2023: 18,58%, bestaande uit 8% vakantietoeslag en 10,58% in plaats van vakantiedagen (waarin begrepen de vakantietoeslag over uitbetaalde vakantiedagen).
Wanneer is er sprake van min-uren?
Min-uren ontstaan als een werknemer minder heeft gewerkt dan het aantal overeengekomen uren. De in enige maand ontstane min-uren worden in de daaropvolgende maand(en) gesaldeerd met de meer-uren. Als een saldo min-uren niet binnen 26 weken volledig is verdisconteerd met meer-uren dan komen deze uren voor rekening van de werkgever (ze worden dus kwijtgescholden) tenzij met schriftelijke bewijzen kan worden aangetoond dat het ontstaan van de min-uren aan de werknemer is te wijten. In het laatste geval worden ze in mindering gebracht op het verlofsaldo.